De Abdij van Sylva Plana, trouw aan haar 800 jaar cisterciënzer erfgoed, cultiveert de 54 hectare van haar wijngaard in biologische landbouw. Sinds de Romeinse oudheid en tot de middeleeuwen zorgden de Benedictijnse monniken voor wijngaarden in Faugères, waarvan sommige vervolgens werden overgenomen door de cisterciënzers.
De wijnstokken zijn geplant op bodems van leisteen, kalksteen en grijs marmer met veelal een Zuidelijke expositie. De zomers zijn erg droog en de jaarlijkse neerslag bedraagt zelden meer dan 700mm per jaar. Alle druiven worden met de hand geplukt. Men werkt hier volgens de biodynamische klok, natuurlijke behandeling, biologische composten, ploegen met paarden en minimale interventie in de kelder. Hierdoor ontstaan wijnen met een geweldige ‘terroir’ expressie.
De appellation Faugères wordt bepaald door zijn leisteenbodem. Afzettingen van klei en zand die zich in de loop van miljoenen jaren op de zeebodem hadden verzameld, tegelijkertijd begrensd door een berg, werden samengedrukt en tot extreme temperaturen gebracht; zo vormden deze ‘mille- feuilles’ van leisteen.